De voorbije zomer kregen buurtbewoners van het Klein Broek in Tielrode te maken met (beten van) knijten of knutten. Hun aantal stijgt en ondanks de genomen maatregelen neemt de overlast toe.
Om de hinder voor de buurtbewoners te beperken neemt De Vlaamse Waterweg nu extra maatregelen op het terrein.
Deze winter start een proefproject om de processen in het gebied beter te kunnen sturen. Zo zullen ze het in- en uitwateren van het gebied via de bressen in de dijk tijdelijk reguleren. Ook de aanleg van het ontpolderingsgebied Groot Broek in Waasmunster zal meer gefaseerd verlopen om zo de kans op knijtenhinder te verminderen.
Knijten in opmars
Door de verbeterde waterkwaliteit van de Schelde en haar zijrivieren zijn onder andere knijten opnieuw
in opmars. Ze worden waargenomen op verschillende plaatsen langs onze getijdenrivieren, op plaatsen
met natuurlijke oevers en getijdennatuur.
De aanwezigheid van knijten wordt gemonitord door de Universiteit Antwerpen, zodat er maatregelen kunnen worden genomen op plaatsen waar er hinder ontstaat. Deze zomer werd er ter hoogte van het Klein Broek in Elversele een verhoogd aantal knijten waargenomen. Omdat het ecosysteem in dit gebied nog in ontwikkeling is, zijn er nog te weinig natuurlijke vijanden aanwezig. Daarom nemen we extra maatregelen om de hinder voor de buurtbewoners te beperken.
Regulering van waterstromen
Om de knijtenpopulaties verder onder controle te krijgen wordt de in- en uitstroom van water naar en
van het Klein Broek tijdelijk gereguleerd. Deze aanpak zorgt ervoor dat we via een tijdelijke ingreep een
evenwichtige en duurzame situatie kunnen laten ontstaan in het gebied. Het is essentieel dat de
natuurontwikkeling in het gebied niet wordt tegengewerkt. Het is namelijk door een duurzaam
ecosysteem op te bouwen dat ook de knijten in aantal zullen verminderen. De natuurontwikkeling
stoppen of tegenwerken kan immers net overlast in de hand werken.
De werkzaamheden op het terrein worden momenteel voorbereid. We hopen tegen begin november te kunnen starten met de effectieve werken.
Droogzetten van noordwestelijke slibvlakte
In het noordwestelijke deel van het Klein Broek was een stuk van het gebied opgeslibd. Deze zone werd
inmiddels succesvol drooggezet. Binnenkort brengen we in deze zone rietwortels aan. Dit
versnelt de ontwikkeling van een rietkraag, wat op lange termijn een natuurlijk habitat biedt voor diverse
diersoorten en de ecologische waarde van het gebied versterkt. Deze maatregel helpt ook om het gebied
aantrekkelijker te maken voor de lokale fauna en flora, terwijl het een buffer biedt tegen hinder door
insecten zoals knijten.
Verlenging ontpolderingsproces Groot Broek
Ook voor de werken aan het nabijgelegen projectgebied Groot Broek neemt De Vlaamse Waterweg preventieve maatregelen. De ontpoldering van dit gebied zal zeer geleidelijk verlopen. In de eerste fase zal het gebied via de sluizen verbonden worden met de Durme. Deze aanpak zorgt ervoor dat de natuurlijke processen geleidelijk hun gang kunnen gaan en er voldoende tijd is om natuurlijke predatoren van knijten naar het gebied te lokken. We zorgen ervoor dat er al voldoende natuurontwikkeling aanwezig is, vooraleer we het gebied volledig teruggeven aan de rivier. We helpen de natuur dus een handje bij het aantrekken van natuurlijke vijanden van knijten.
Knijtenvallen
Sinds de start van het pilootproject in 2023 worden in het Zeescheldebekken knijtenvallen getest en de
knijtenpopulaties in kaart gebracht. Ook in de buurt van het Klein Broek werden in 2024 dertien vallen
geplaatst langs de Durmedijk in Elversele. Met grote vallen wordt getest of de exponentiële populatiegroei van knijten kan worden afgeremd om zo actief knijten te bestrijden. Kleinere vallen dienen
om de populaties te monitoren en de effectiviteit van de vallen te optimaliseren. Deze milieuvriendelijke
knijtenvallen werden ontwikkeld door het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen
(KBIN). Deze winter blijven de vallen rond het Klein Broek staan, zodat ze zo vroeg mogelijk in het voorjaar knijten kunnen vangen.
Toekomstgerichte aanpak
De inzet van De Vlaamse Waterweg blijft gericht op het zoeken naar een evenwichtige oplossing die zowel de biodiversiteit bevordert als de hinder voor de lokale gemeenschap beperkt. Knijten maken deel uit van een gezond ecosysteem met een goede waterkwaliteit en zullen dus niet verdwijnen. Wel blijft De Vlaamse Waterweg zich inzetten om op plaatsen waar er hinder ontstaat, maatregelen te nemen. Hiervoor volgen ze steeds het advies van het Agentschap Natuur en Bos (ANB), het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek (INBO), Universiteit Antwerpen (UA) en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN).